In 1994 krijgt prozadocent Nicolien Mizee les in scenarioschrijven van Ger Beukenkamp. Er ontvouwt zich een klassieke meester-leerlingrelatie. Nicolien ziet in Ger een boven de normale mensen verheven God. Om ook buiten de lessen haar gedachten aan de zijne te kunnen spiegelen, begint ze hem faxen te sturen. Eerst een paar, dan bijna dagelijks, vele jaren lang. Ger antwoordt nooit.
De kennismaking. Faxen aan Ger(1994-1997) is het geopenbaarde deel van een eenzijdige fascinatie. En het is meer, het is een vormgegeven dagboek van Nicolien Mizee, haar worsteling met de sociale dienst, geld, vrienden, familie, het schrijven en met relaties. De kennismakingis een verzameling schitterende portretten, geestige gebeurtenissen, droevige misverstanden, wezenlijk gekonkel. Steeds oprecht, vaak briljant geformuleerd.
‘Hier sta ik, tussen de schillen en de dozen. In die dertig jaar heb ik alleen een grote berg onzin verzameld, blijkt nu. En rekeningen. En schulden. En brieven van mensen die me nooit meer willen zien. D’r staan nog een paar dingen overeind: een bureau waaraan ik dingen geschreven heb die niemand ooit zal lezen, mijn fax, en ikzelf, zijnde je verhuizende
Nicolien...’